Ons land heeft een hoge levensstandaard en een van de meest concurrerende economieën ter wereld. Het is een druk en dynamisch land. De grote mainports Rotterdamse Haven en Schiphol zijn poorten naar de wereld. Onze landbouwsector voedt vele mensen wereldwijd. En ondanks dat tweederde van ons land risico loopt op overstromingen, zijn we de veiligste delta van de wereld.
De dynamiek die hoort bij ons land legt een druk op de ruimte, op onze leefomgeving. Die leefomgeving is een kostbaar bezit, omdat we hierin willen werken, bewegen, onze dromen willen waarmaken, veilig wonen, recreëren, adem halen en tot rust komen.
Die druk op de leefomgeving vraagt om een voortdurende afweging van verschillende belangen. Internationale ontwikkelingen, de invloed van technologie en de groeiende verschillen tussen gebieden, hebben invloed op de manier waarop en het tempo waarmee we die afwegingen maken. Bovendien stelt klimaatverandering ons voor nieuwe opgaven. Ook zullen we bewuster moeten omgaan met energiebronnen en grondstoffen, onze natuur, ons cultureel erfgoed en onze gezondheid.
Het is belangrijk dat we afwegingen sneller kunnen maken, met meer oog voor de samenhang van aspecten als economie, milieu, leefbaarheid en duurzaamheid.
De afgelopen jaren hebben we de nieuwe Omgevingswet voorbereid die hieraan tegemoet komt. Binnen enkele jaren treedt deze in werking. Belangrijk onderdeel hiervan is een gedeelde visie op onze omgeving, en een gezamenlijke aanpak van opgaven. Welke strategische keuzes zijn er nodig? Waar liggen de kansen?
Wat zijn de kwetsbare punten?
Met deze startnota zet het kabinet een eerste stap naar de Nationale Omgevingsvisie. Centraal staan vier strategische opgaven die aandacht vragen omdat een samenhangende aanpak juist daar meerwaarde heeft.
Dit zijn:
- Naar een duurzame en concurrerende economie;
- Naar een klimaatbestendige en klimaatneutrale samenleving;
- Naar een toekomstbestendige en bereikbare woon- en werkomgeving;
- Naar een waardevolle leefomgeving.
Binnen deze opgaven brengen we de spanning tussen ambities en mogelijkheden in beeld. De volgende stappen na deze startnota zijn de verdere verdieping van deze opgaven, de oplossingsrichtingen verkennen, een gezamenlijke richting bepalen en een meer integrale aanpak organiseren. Deze keuzes zullen uiteindelijk worden uitgewerkt in de Nationale Omgevingsvisie.
Deze eerste stap is gemaakt dankzij de daad- en denkkracht van zo’n 1500 mensen en 500 maatschappelijke organisaties, waaronder bijdragen van gezamenlijke provincies, gemeenten en waterschappen. Ik dank iedereen hartelijk voor hun betrokkenheid. De Nationale Omgevingsvisie is van en voor de samenleving. Een gedeeld perspectief op een land waarin we ook in de verre toekomst veilig kunnen wonen, met voldoende welvaart, in een gezonde en leefbare omgeving.
© Ministerie van Infrastructuur en Milieu, februari 2017
In samenwerking met:
- Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Ministerie van Defensie
- Ministerie van Economische Zaken
- Ministerie van Infrastructuur en Milieu
- Ministerie van Financiën
- Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
- Ministerie van Veiligheid en Justitie
- Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Vormgeving: VormVijf, Den Haag