De Omgevingswet verandert de invulling van het beheer van de fysieke leefomgeving, waaronder ook het grondwaterkwaliteitsbeheer. Nieuwe instrumenten, bestaande Europese kaders en decentrale afwegingsruimte bieden de mogelijkheid om beheer op maat te leveren. Hierbij is het, conform de bedoeling van het nieuwe stelsel, de kunst los te komen van bestuurlijke grenzen, eigen belangen en oude wettelijke kaders. Niet de regelgeving staat centraal, maar de maatschappelijke opgaven zoals die door alle overheden zijn geformuleerd. Het nieuwe stelsel gaat uit van een paradigmawisseling: van bescherming van de fysieke leefomgeving door een werende benadering van activiteiten naar een beleidscyclus waarin de continue zorg voor de kwaliteit van de fysieke leefomgeving centraal staat en er ruimte is voor ontwikkeling, ofwel: ‘balans tussen beschermen en benutten’. Voor het beheer van het grondwater is dit niet anders.
Deze handreiking is een samenwerkingsproduct van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en de decentrale overheden.
Deze handreiking is geen eindpunt. Zij zal de komende jaren verder aangevuld worden.
Er kunnen aan deze handreiking geen rechten worden ontleend.